Deze interesse heeft geleid tot een fascinatie en vervolgens naar een onderzoek wat Japanse fotografie zo verschillend maakt van de Westerse fotografie en naar wat de betekenis is geweest van Japanse fotoboeken en – tijdschriften in de ontwikkeling van de naoorlogse fotografie in Japan.
Over deze thema’s geef ik lezingen bij kunstacademies, musea en culturele instellingen zoals het von Sieboldhuis in Leiden en Shofukan in Rotterdam.
Heeft u interesse of vragen; stuur een mail.


De combinatie van Japanse fotografen en Japanse vormgevers heeft een stapel fotoboeken opgeleverd van ongekende kwaliteit.
Er circuleren op internet diverse lijstjes met daarop een toptien van de beste Japanse fotoboeken ooit. Ik waag me daar niet aan, maar een van mijn lievelingsboeken is “Hiroshima Now” van Ishiguro Kenji.

Japanse fotografie is niet juist te beoordelen zonder kennis van wat de oorlog heeft betekend voor de Japanse samenleving.
Het boek van Ishiguro valt op door zijn terloopse manier van fotograferen.
Alledaagse straattaferelen met veel wit en ruimte in de beelden, maar dat neemt niet weg dat er in de foto’s een zekere onrust of zelfs dreiging zit.
Slechts een enkel beeld wijst direct naar wat er 20 jaar geleden in deze stad gebeurd is.
Dit is een van mijn favoriete boeken door zijn ingetogenheid en omdat het staat voor een typisch Japanse manier van documentaire fotografie; door het veelvuldig afbeelden van de buitenkant een diepere betekenis laten zien.
In het nawoord schrijft Tadanori Yokoo:
‘… it seems to me that his Hiroshima does not simply relate to us a story of atomized Hiroshima but some sense of terror far apart from Hiroshima itself. Mr. Ishiguro did not just take pictures of Hiroshima as it was razed by an atomic bomb but described for us a more primitive type of fear we have in our innermost heart… His Hiroshima tells me that all pictures must begin with Hiroshima and end with it… Hiroshima Now reveals our remembrance of objects whose shadows are the shadow of the bomb. This remembrance is the eternal scar upon our Japanese mind.’




Ik houd van papier. En van boeken.
Ik onderken de kwaliteiten en mogelijkheden van de digitale media, maar een goed boekdesign blijft als presentatievorm moeilijk te overtreffen.
Ook prints hebben die meerwaarde. Net als bij een boek heb je iets in handen. Niet alleen een afbeelding, maar ook een object. Het zintuiglijk vermogen is groter. Je kunt structuur voelen, gewicht, er mee naar het licht lopen.
Beelden op een monitor bekijken is voor mij of ik door een sleutelgat kijk.
De komst van de digitale camera heeft de fotografie inhoudelijk weinig extra opgeleverd, maar vooral kwantiteit gebracht.
Door die kwantiteit, die overdosis aan beelden, is de manier van kijken veranderd.
Over het voorwoord in zijn boek ‘Kodachrome’ (1986 ) om zijn fotografie te duiden, schrijft Luigi Ghirri 1
(..) “ the saturation of today’s visual media, a kind of pollution that prevents us from seeing clearly “.
“In 1986, nog voor de popularisering van het internet, beschreef fotograaf Luigi Ghirri de oneindige beeldenstroom die ons dagelijks overspoelt. De overdaad aan visuele stimuli beïnvloedt de kwaliteit van onze blik en maakt onmiddellijke ervaring onmogelijk.
Ghirri keert zich tegen het gratuit produceren van ondoordachte, arbitraire beelden die onze blik verdoven en uithollen tot het slechts een passief kijken overblijft.”
Aldus Bram Van Beek in Extra 2
Wat betekent het voor de fotografie?
Ghirri heeft gelijk gehad dat de beelden-tsunamie leidt tot ‘een vervuiling die ons weerhoudt helder te kijken’.
Beelden kritisch bekijken op de display van een smartphone is praktisch onmogelijk. Als een beeld inhoudelijk en technisch niet goed meer te beoordelen is, zijn de skills van de maker ook minder relevant.
De democratisering van de fotografie heeft tot gevolg dat iedereen denkt dat hij fotograaf is en de beperkte weergave van hun beelden op een smartphone verhult de tekortkomingen. Dit en de veranderde manier van kijken naar beelden heeft voor sommige beroepsgroepen flinke consequenties.
Autonome en documentaire fotografie zijn minder vluchtig dan bijvoorbeeld nieuws – en commerciële fotografie en worden als vanzelfsprekend met meer aandacht bekeken, zeker ook via andere media dan een smartphone, wat vraagt om inhoudelijk sterkere beelden.
Het gaat niet om digitaal of analoog fotograferen, maar om het veranderde kijken.
De digitalisering zou Ghirri’s ‘worst nightmare’ zijn geweest. Ghirri overleed in1992, slechts 49 jaar oud.
- Luigi Ghirri: Photography and Representing the Outside, 1986.
The complete Essays 1973-1991 Published by Mack 2017 - Bram Van Beek ‘denken in beelden’. Luigi Ghirri over visuele vervuiling’ Extra 24. Fotografie in context. Uitgegeven door FOMU en Fw:Books 2018
Als fotograaf werk ik zo’n 30 jaar voor ontwerp- en reclamebureaus, (semi)overheidsinstellingen als de TU Delft, TNO, Gemeente Delft, Hogeschool voor de Kunsten Utrecht, galeries en kunstenaars.
Bij het fotograferen van ‘plat’ werk ( schilderijen, ikonen) werk ik met een monitor aan de camera of rechtstreeks van de laptop om het beeld zo goed mogelijk te beoordelen. Testkaarten worden mee gefotografeerd om de kleuren zo exact mogelijk te reproduceren.

Zoetmulder Ikonen, Amsterdam 2017


Aan het werk in Nagoya, Japan, voor de Stichting Shōfukān, 2014.

Huis Marseille, museum voor fotografie, Amsterdam 2017
Voor uitgeverij FW:Books, boek over de fotograaf Lionel Wendt.